Een Modelinschrijving biedt uw product - of een onderdeel ervan - bescherming inzake de uiterlijke vormgeving bestaande uit lijnen, kleur, materialen etc.
Het Modelrecht kent ook restricties, waaronder de meest bekende: de “Techniekrestrictie”. Deze bepaalt dat “een recht op een gemeenschapsmodel niet geldt voor de uiterlijke kenmerken van een voortbrengsel die uitsluitend door de technische functie worden bepaald”. Hiermee wordt een duidelijke afbakening beoogt met het Octrooirecht.
Relevante vraag voor u als ondernemer is natuurlijk waar nu exact de grens ligt tussen functie en vorm. Ten aanzien van deze vraag heerste er tot begin dit jaar twee opvattingen in Europa.
Volgens de ene opvatting, betekende de aanwezigheid van technische, alternatieve oplossingen, dat er geen sprake was van technische bepaaldheid en dus van een geldig model. Deze opvatting – de ‘resultaatgerichte leer’ – wordt beschouwd als de ruimere leer, omdat zelden sprake is van toepassing van deze restrictie.
Volgens de andere opvatting is het bestaan van alternatieve vormen, waarmee dezelfde technische functie kan worden vervuld, niet bepalend. Dit is de zogenaamde ‘apparaat gerichte leer’, ook wel de restrictieve leer genoemd.
Bij gebrek aan duidelijke wetgeving en het ontbreken van een heersende opvatting in de jurisprudentie, kon een Modelhouder zich in een inbreukzaak beroepen op beide opvattingen.
Het Europese Hof van Justitie heeft in de zaak Doceram v. Ceramtech, duidelijkheid verschaft ten aanzien van de uitleg van deze Techniekexceptie. Nagegaan moet worden, of de technische functie de enige factor is die bepalend is voor de uiterlijke kenmerken van het model. De vraag of er alternatieven mogelijk zijn is hiervoor niet bepalend. Het bestaan van alternatieven kan wel een ‘relevante omstandigheid’ vormen in deze beoordeling.
Met deze uitspraak verwerpt het Hof dus uitdrukkelijk de ruime (resultaatgerichte) leer. Dit betekent naar alle waarschijnlijk zwaardere tijden voor houders van modellen die louter functioneel zijn.
Waar de grens gelegd zal worden in de toekomst is een volgende uitdaging die wij, voor u, zullen blijven volgen.
Mocht u specifieke vragen hebben, aarzel niet met ons contact op te nemen. Wij zijn u graag van dienst.
Relevante vraag voor u als ondernemer is natuurlijk waar nu exact de grens ligt tussen functie en vorm. Ten aanzien van deze vraag heerste er tot begin dit jaar twee opvattingen in Europa.
Volgens de ene opvatting, betekende de aanwezigheid van technische, alternatieve oplossingen, dat er geen sprake was van technische bepaaldheid en dus van een geldig model. Deze opvatting – de ‘resultaatgerichte leer’ – wordt beschouwd als de ruimere leer, omdat zelden sprake is van toepassing van deze restrictie.
Volgens de andere opvatting is het bestaan van alternatieve vormen, waarmee dezelfde technische functie kan worden vervuld, niet bepalend. Dit is de zogenaamde ‘apparaat gerichte leer’, ook wel de restrictieve leer genoemd.
Bij gebrek aan duidelijke wetgeving en het ontbreken van een heersende opvatting in de jurisprudentie, kon een Modelhouder zich in een inbreukzaak beroepen op beide opvattingen.
Het Europese Hof van Justitie heeft in de zaak Doceram v. Ceramtech, duidelijkheid verschaft ten aanzien van de uitleg van deze Techniekexceptie. Nagegaan moet worden, of de technische functie de enige factor is die bepalend is voor de uiterlijke kenmerken van het model. De vraag of er alternatieven mogelijk zijn is hiervoor niet bepalend. Het bestaan van alternatieven kan wel een ‘relevante omstandigheid’ vormen in deze beoordeling.
Met deze uitspraak verwerpt het Hof dus uitdrukkelijk de ruime (resultaatgerichte) leer. Dit betekent naar alle waarschijnlijk zwaardere tijden voor houders van modellen die louter functioneel zijn.
Waar de grens gelegd zal worden in de toekomst is een volgende uitdaging die wij, voor u, zullen blijven volgen.
Mocht u specifieke vragen hebben, aarzel niet met ons contact op te nemen. Wij zijn u graag van dienst.
