Moet ik dit patenteren? Als je dat denkt, dan heb je waarschijnlijk iets interessants in handen. Patenteren is een keuze. En die maak je op basis van strategie in plaats van enthousiasme.
Een patent kost tijd en aandacht. Vaak is patenteren het beste wat je kunt doen. Maar soms is het slimmer om je kennis geheim te houden. Er zijn genoeg innovaties die nooit gepatenteerd zijn, maar wel een succes werden. Denk eens aan de recepten van Coca-Cola en KFC.
Drie vragen die je jezelf moet stellen vóór je gaat patenteren:
1. Verdien ik er straks geld mee?
Een patent is vooral waardevol als er ook echt iets te verdienen valt. Denk aan een markt die groot genoeg is, met voldoende marge. Of aan een goed plan om je uitvinding te verkopen, te licenseren of in een product te verwerken dat je zelf op de markt brengt.
2. Willen je concurrenten dit straks ook?
Als jij de enige bent die er warm van wordt, is een patent misschien niet nodig. Wanneer niemand anders jouw oplossing wil gebruiken, is er namelijk weinig om af te schermen. Patenteren heeft met name zin als je daarmee anderen een stap voor blijft.
3. Is het zichtbaar of aantoonbaar?
Als je niet kunt bewijzen dat een concurrent jouw innovatie gebruikt, kun je het ook niet handhaven. In zulke gevallen is geheimhouding vaak de betere strategie.
Een patent is geen doel op zich, maar een middel. Gebruik het wanneer het waarde toevoegt.
