Een patentaanvraag schrijf ik liever niet in een dag en ook niet in een half jaar.
Ik wil er even goed over na kunnen denken. Een nachtje over slapen. Een nieuwe invalshoek zien tijdens een wandeling. Maar duurt het allemaal te lang? Dan verlies ik het ritme en daarmee ook de scherpte.
De kwaliteit van een patentaanvraag hangt sterk af van de doorlooptijd. Niet te kort, want dan kun je dingen over het hoofd zien. Niet te lang, want dan zit ik me elke keer opnieuw in te lezen. Dat zie je terug in de kosten én de kwaliteit.
Tussen de twee en zes weken na akkoord is ideaal. Dan kan ik tempo maken, zonder in te boeten op creativiteit of precisie.
Waarom dat belangrijk is? Omdat je zelden een patent aanvraagt voor de lol.
Je werkt toe naar iets. Een beurs, een productlancering, een publicatie. Dan wil je dat je bescherming ruim op tijd geregeld is. Door slim terug te plannen vanaf dat moment, houd je de controle en is de patentaanvraag op tijd geregeld.
De beste ideeën ontstaan niet onder druk, maar wel met een duidelijke horizon. Wie het slim plant, hoeft nooit te kiezen tussen snelheid of scherpte.